Het is deurenmaand. We plaatsen deze maand alle kamerdeuren op de beganegrond. Na het storten van het woonbeton hadden we voorlopig nog steeds maar 1 van de 4 deuren geplaatst. Ook de dubbele deur tussen kamer 3 en kamer 4 (zoals wij ze voorlopig nog noemen) is gerealiseerd. Hiermee kunnen we twee kamers (los)koppelen. Dan gaan we verder aan de slag met de branddeuren beneden en boven. Deze moeten in de brandscheiding komen.
Dat heeft nog wel wat voeten in aarde want hier moeten eerst certificaten van bij de gemeente worden overhandigd. Klinkt duur, is ook duur.

Op de verdieping is ook een deur geplaatst in de opening die te zien is vanuit de ontbijtkamer. Daar is een soort vide-balcon. Ook deze kan nu vanaf boven met een deur worden afgesloten.
De oude staldeurtjes beneden zijn geschikt gemaakt om als luik te gebruiken. Dat was niet eenvoudig want de deuren aan de westkant draaiden naar binnen toe. Dat is met nieuwe scharnieren aan de houten gevel, en wat zaag- en timmerwerk hier en daar, dus allemaal weer opgelost.

De laatste deur is eigenlijk geen deur. Maar biedt wel toegang. De kopgevel van het achterhuis. Hierin is eerder al het houten hooiluik omgetoverd tot een fraai Frans balconnetje met naar binnen openslaande vensters, en de oude grote staldeuren zijn vervangen door een pui met glazen loopdeur.
In de gevel zaten bij de overdracht van de woning al flinke scheuren en het voegsel viel zo uit de muur. Dit heb ik destijds met veel te natte specie gevoegd (op mijn manier). Enfin, nu weet ik hoe het WEL moet, maar intussen was op die gevel dus een creatief palet van specievlekken te zien.

En DAT is dus ook helemaal opgefrist. Een heel ander gezicht dus. Maar dat werd ook tijd. Het is wel de entree!